Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Doornik

betekenis & definitie

(Tournai), Belg. gemeente en stad aan de Schelde in de prov. Henegouwen.

Werd in de 1e eeuw n.C. door de Romeinen gesticht (Turnacus); als hoofdplaats van een civitas; weldra een knooppunt van wegen. Van ca.431-486 hoofdplaats van de Salische Franken. Onder koning Chlodovech I (481-511) werd Doornik zetel van een bisdom, maar kwam begin 7e eeuw bij het bisdom van Noyon, tot het 1146 opnieuw zelfstandig werd. De buiten de stad ontstane handelswijk (porrus) werd met de stad ca.880 door de Noormannen verwoest; een kwart eeuw later herleefde de portus en werd een nieuwe wijk bijgebouwd. De heerlijkheid Doornik werd 1187 door Filips ii August, die tot dan van hem in leen gehouden was, direct aan de Franse kroon verbonden als voornaamste steunpunt voor de Franse politiek in Vlaanderen. In de 12e en 13e eeuw groeide de stad sterk. Keizer Karel v lijfde Doornik 1521 bij de Nederlanden in; 1581 door de prinses van → Epinoy tegen de Spaanse landvoogd Alexander Farnese verdedigd; kwam door de Vrede van Aken (1668) bij Frankrijk, door het Verdrag van Utrecht (1713) terug bij de Oostenrijkse Nederlanden.Litt. A.F.J.Boziere, Tournai ancien et moderne (1864; herdr. 1974); P.Rolland, I list. de Tournai (1957); Horace Tornacenses, 1171-1971 (1971; gedenkboek); J.Pycke, Bibliogr. relative à l’hist. de Tournai i (1974).