Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Abdij van Egmond

betekenis & definitie

vm. Ned. benedictijnenklooster te Egmond-Binnen.

Het oudste en bekendste klooster van Holland, gesticht door de eerste graven van Holland, oorspronkelijk aan de apostel Petrus gewijd, later aan de diaken Adalbert, die in Kennemerland had gemissioneerd en in Egmond begraven zou zijn. Bij de oorkonde van 15.6.922 werd het klooster met zijn goederen door de Westfrankisehc koning Karel de Eenvoudige aan graafDirk I van Holland geschonken. Het klooster, dat een missiesteunpunt was, werd in 1140 door Geertruid van Lotharingen, moeder van graaf Dirk vi aan paus Innocentius II opgedragen, waarna de graven als voogden (advocari) werden aangesteld. Dit ambt werd erfelijk en kwam aan het geslacht → Egmond. De abdij bezat een beroemde boekerij; belangrijke kloosterannalen zijn bewaard gebleven, zoals het Gravenregister, de Vila S.Adalberii, de Annales Egmundenses en het Chronicon Egmundanum. In 1573 werd de abdij door de benden van Sonoy verwoest.

In 1935 werd nabij de oude plaats een nieuwe abdij gebouwd. Afb.p.173.Litt. J.Romein, Gesch. v.d. Noord-Nederlandsche Geschiedschrijving in de Middeleeuwen (1932; met suppl. van H.Bruch. 1956); P.A.Meilink, de Egmondse geschiedbronnen (1939); Tien eeuwen Egmond, ontstaan, bloei en ondergang van de regale abdij van Egmond (1950: gedenkboek); P.A.Meilink, Het archief van de abdij van Egmond (1951); J.Hof, De abdij van Egmond van de aanvang tot 1573 (1973).