Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Kiel

betekenis & definitie

lat. Chilonium, stad in het hertogdom Holstein, aan eene golf der Oostzee, met eene druk bezochte, groote haven (Kieler haven), eene 5 Oct. 1655 ingewijde universiteit, en 17,500 inw., is vermaard door den Kieler mede, zijnde het tractaat, dat 14 Jan. 1814 te K. gesloten werd tusschen Denemarken en Zweden, krachtens welk tractaat Denemarken, tot dus ver de bondgenoot van Napoleon, lid werd van den bond tegen Frankrijk.