lat. Jordanes, de voornaamste rivier in het oude Palestina, heet legenw.
Nahr-el-Arden, of El-Sjeria, of Sjeriah-el-Kebir, en wordt gevormd door de drie beken: Nahr-el-Hasbani, Banias en den zoogenaamden kleinen Jordaan, welke beken zich aan den noorderrand van het meer El-Hoeleh vereenigen; na eenen loop van 15 mijlen of omstr. 30 uren gaans ontlast de J. zich in de Doode Zee. Van de rivier de J. wordt menigvuldig melding gemaakt in den Bijbel; de twee voornaamste momenten zjjn (in het O. T.: Jozua 4) waar de Israëlieten droogs voetsdoor het bed van den J. gaan ; en (in het N. T.: Matth. 3, Marcus I, Lucas 3, Joh. i) waar Jezus in den J. gedoopt wordt door Johannes.