(Adam, vrijheer von), beijersch staatsman, geb. te Ingolstadt 24 Aug. 1769, bewees gedurende eene reeks van jareu de gewigtigste diensten en stierf als bonds-gezant 16 Aug. 1822. Over zijne verzameling kopergravuren vergelijk Brulliot “Catalogue des estampes du cabinet d'A.” (3 dln.
Munchen 1827).(George, vrijheer von), broeder van den vorige, geb. te Ingolstadt 1771, bekleedde verscheidene hooge betrekkingen, voordat hij 1809, destijds commissaris-generaal voor den Eisack-kreis, bij den opstand in Tirol gevangen werd genomen. Na zijne vrijlating werd hij door den koning schadeloos gesteld met een leengoed en een aanzienlijk jaargeld, waarophij zich geheel toewijdde aan wetenschap, kunst en landbouw; hij stierf 1843 te Munchen.
(Christoph, vrijheer von),broeder der beide vorigen, geb. te Ingolstadt 2 Dec. 1773, deed zich al spoedig kennen als een vijand van alle middeleeuwsche instellingen; 1803 werd hij door het gouvernement belast met het nazien derkloosterbibliotheken; 1806 aangesteld als opper-bibliothecaris te Munchen. Door zijne verregaande oppositie tegen Pruisen en tegen de naar Beijeren gekomene protestantsche geleerden, moest hij op uitnoodiging van hooger hand zijne posten nederleggen; doch reeds in 1811 werd hij weder in eene hooge regterlijke betrekking aangesteld: 1815 schreef hij »Saksen en Pruisen”, ten nadeele van laatstgenoemd rijk; men heeft van hem een aantal regtsgeleerd-staatkundige geschriften en ook eenige tooneelspelen. Het door hem begonnene »Staatsregt der constitutionele monarchie” werd, na zijnen dood (24 Dec. 1834), voltooid door Rotteck.
(Karel Maria, vrijheer von), oudste zoon van den vorige, geb. 4 Julij 1796, nam deel aan de oorlogen van 1813—15, bekleedde daarna verscheidene betrekkingen bij de diplomatie en bij het ministerie van oorlog, werd 1834 raad van legatie bij het ministerie van buitenlandsche zaken en geheim huis- en rijks-archivaris, in welke betrekking hij verscheidene belangrijke dokumenten openbaar heeft gemaakt; al zijne geschriften zijn streng roomsch-katholiek gekleurd. Later werd hij weder in de diplomatie gebezigd.
