Gepubliceerd op 14-06-2022

Maagcatarrh

betekenis & definitie

(Catarrhus ventriculi, gastritis, maagontsteking, bedorven maag), een acute of chronische ontsteking van het maagslijmvlies, die beide in verschillende vormen en onder verschillende verschijnselen kunnen optreden. Als de acute M. niet doelmatig behandeld wordt (dieet), kan zij overgaan in den chronischen vorm.

De oorzaken, die een acute M. ten gevolge hebben, hebben het meeste vat op bloedarme, zwakke kinderen, grijsaards en door ziekte verzwakte personen.Deze oorzaken zijn: overvulling van de maag, het gebruik van moeilijk verteerbaar voedsel, slecht gekauwde, zeer vette, gemakkelijk gistende of reeds gistende spijzen, te heet of te koud voedsel (soep, ijswater), scherpe, sterk gekruide spijzen (Indische rijsttafel), onrijp fruit, overmatig genot van alcoholica, sommige medicijnen, sterk rooken, het vatten van koude. De chronische M. ontstaat door dezelfde schadelijke invloeden, indien deze langeren tijd achtereen inwerken. Daarenboven komen hier als oorzaken in aanmerking ziekten, die met stuwing gepaard gaan (hart- en longziekten), vooral in het gebied der poortader (b.v. levercirrhose). Ook schijnt de aanleg in zekere mate erfelijk te zijn; men vindt althans niet zelden bij verschillende leden eener familie een z.g. „zwakke maag”.

Bij acute ontsteking ziet het slijmvlies er niet anders uit, dan dit bij andere acuut ontstoken slijmvliezen het geval is; het is rood, gezwollen, met slijm bedekt. Bij de chronische ontsteking vindt men meestal slechts geringe veranderingen; bij langen duur echter kan ten slotte het bindweefsel in het slijmvlies gaan woekeren, zoodat de maagsapklieren te gronde gaan, en het slijmvlies er glad uitziet. In dat geval bevat het maagsap wel veel slijm, maar weinig werkzame bestanddeelen, zoodat het voedsel in de maag grootendeels onverteerd blijft (atrophie van het maagslijmvlies, gastritis atrophicans). Onder invloed der chronische ontsteking kan het maagslijmvlies zich echter ook zeer verdikt, oneffen, met meer of minder sterke woekering der klieren voordoen (état mamelonné).

Ook de symptomen zijn zeer wisselend; bij de acute M.: gebrek aan eetlust, zelfs afkeer van voedsel (hoogstens trek in zure en prikkelende spijzen en dranken), misselijkheid, oprispingen, neiging tot braken, veelal in braken overgaande, een gevoel van druk en spanning in de maagstreek, papperige, onaangename smaak, dik beslagen, droge tong, hevige dorst, obstipatie, soms diarrhee, daarbij moe en lusteloos gevoel, hoofdpijn, duizeligheid, soms koorts. Gaat de ontsteking over op den twaalfvingerigen darm, dan kan er, door zwelling van de uitmonding der uitloozingsbuis van de gal, geelzucht bij komen (catarrbale icterus). Het hevigst zijn de verschijnselen als de M. veroorzaakt werd door het gebruik van bedorven spijzen, zoodat men feitelijk met een vergiftiging te maken heeft. De chronische maagcatarrh (dyspepsie) uit zich door gebrek aan eetlust of tegenzin in eten, flauwen smaak in en onaangenamen reuk uit den mond, doffe pijn of gevoel van druk in de maagstreek, oprispingen (ook van gassen), last van „zuur”, van brandend gevoel in den slokdarm (pyrosis), obstipatie of soms ook diarrhee, opzetting van den buik na den maaltijd (door gasvorming), dikwijls braken (een bijzondere vorm van dit laatste is het braken in de morgenuren door drinkers (vomitus matulinus potatorum), met veel slijm in het braaksel. Duurt de ziekte lang, dan vermageren de patiënten, ze gaan er slecht uitzien, krijgen een vaalbleeke gelaatskleur, een droge huid, klagen over hoofdpijn, duizeligheid, gevoelen zich spoedig geestelijk vermoeid, nerveus en prikkelbaar. De meeste maagzieken verkeeren in een min of meer hypochondrische stemming.

De behandeling van de acute M. bestaat in onthouding van voedsel of een zeer streng dieet. Meent men dat in de maag nog schadelijke stoffen aanwezig zijn, dan is een braakmiddel aangewezen; tegen zure oprispingen magnesia. Zorgen voor goede ontlasting.

Bij de chronische M. moet men in de eerste plaats de oorzaak bestrijden of trachten weg te nemen. Ook hier moet het dieet geregeld worden (weinig aardappelen en meelspijzen, geen vette, zeer warme of zeer koude spijzen, geen alcohol). De meeste lijders weten reeds uit eigen ondervinding wat hun goed of slecht bekomt. Van gewicht is het zorgvuldig kauwen der spijzen. Blijft er veel onverteerd voedsel langeren tijd in de maag liggen, dan moeten regelmatig maaguitspoelingen plaats hebben. Een goeden naam hebben de wateren van en badkuren te Karlsbad, Ems, Kissingen, Vichy e.a.

Als geneesmiddel worden gegeven zoutzuur en pepsine (om aan de gebrekkige afscheiding der maagklieren tegemoet te komen), bittere stoffen (gentiaan, kalmoes, braakwortel, quassia, e.a.) om den eetlust op te wekken, laurierkerswater of morphine tegen de pijnen enz. Echter spelen deze een ondergeschikte rol.

< >