Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

Gepubliceerd op 17-08-2018

sabbatical year (leave)

betekenis & definitie

Een jaartje niets doen; zich een tijdje bezinnen; de boel de boel laten en een tijdlang geen verplichtingen meer aangaan. Men spreekt ook wel van een sabbatsjaar* of sabbatsverlof. Door velen wordt dit nog steeds beschouwd als luieren, dolce far niente, leeglopen. Het roomse geloof houdt ons immers voor dat ledigheid (het niets om handen hebben) ‘des duivels oorkussen is’. Afhakers van het druk-druk-drukbestaan proberen (al dan niet betaald) verlof (gezien als loopbaanonderbreking) te vergoelijken met een vreemd woord.

In 1994 werd in het Nederlandse Baarn de Stichting Sabbatical Leave opgericht door mensen die in Canada kennismaakten met het fenomeen en het vervolgens ook in Nederland wilden introduceren. De term gaat terug op de bijbel (Leviticus 25:1-7). In de Sinaï verneemt Mozes dat Israël zes jaar lang akkers mag inzaaien, wijngaarden mag snoeien en oogsten mag binnenhalen. Het zevende jaar echter dient het land een grote sabbat te houden. Om kracht op te doen en om vruchtbaar te blijven. Het fenomeen past overigens helemaal in de tijdgeest. In de jaren negentig werden immers ook de termen ‘onthaasting’ en ‘quality time’ (kwaliteitsuurtje) gelanceerd. De term wordt ook wel vernederlandst tot sabbatsjaar.

Maar onder secundaire arbeidsvoorwaarden wordt ook door de hipo’s steeds vaker deeltijdwerk verstaan, en royale vakanties, en scholingsprogramma’s, en voor straks de mogelijkheid van een sabbatical leave.

HP/De Tijd, 27-08-99

... of ex-manager Gwenn Waldman, die bij IBM een paar jaar carrière maakte om na een sabbatical year te beseffen dat ze nog iets leukers wilde.

Elsevier, 20-11-99

Het verstandigste dat ik in mijn leven heb gedaan is mijn sabbatical in Californië, in 1981.

NRC Handelsblad, 22-07-2000