Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

KOORZANG

betekenis & definitie

in Noord-Brabant begon met kleine beroeps- en semi-beroepsformaties in dienst van kerk, stad of staat. Na 1830 ontstonden koren, o.m. de liedertafels, in sociëteitsverband.

In 's-Hertogenbosch werd begonnen in 1843 met Oefening en Uitspanning; in Tilburg in 1845 met Souvenirs des Montagnards. in Eindhoven in 1848 met Philodia. Gemengde koren kregen op een enkele uitzondering (Breda) na in Noord-Brabant geen kans. Na 1920 zette zich een grote verscheidenheid in het koorleven in Brabant door. Vooral de kerkkoren kwamen er tot grote bloei, met uitschieters als Schola Cantorum van de Bossche St. Janskathedraal, de Sacramentskerk, Maria ten Hemelopneming en H. Hartparochie te Breda, de Sint Jozefzangertjes in Helmond en de H.

Hartkerk in Boxtel. Later kwam ook het Philips Philharmonisch Koor tot grote hoogte; in Tilburg het R.K. Gemengd Koor Loven-Besterd. Op operagebied verdiende Jan Jansen (zie aldaar) zijn sporen. Operettekoren klommen op in Tilburg, Eindhoven, Uden, Oss, Veghel, Rosmalen, Oisterwijk en Bergen op Zoom.Bekende koren in Noord-Brabant zijn het Zuid-Nederlands Kamerkoor te Oisterwijk, Tilburgs Kamerkoor, Boxtelse Cantorij, kamerkoren uit Tilburg en Cuijk o.l.v. Pieter van Moergastel; Eindhovens Madrigaal Koor, Brabants Kamerkoor en het Eindhovens Kamerkoor. Zie ook: Liedertafel.

Bron: dr. H. Zomerdijk, Koorcultuur in Br. Dagbl.; idem Muziekleven in N. Br.