koopman (ca. 1693-1781). Liefdepreker in de menniste gemeente van HeerenveenKnijpe (1737-38, 1743-45).
Met zijn collega’s Wytze Jeens Brouwer en Wybe Pieters Zeeman door de geref. classis Zevenwolden beschuldigd van sociniaanse leringen. De grietman van Schoterland verbood hem 1738 te preken en te catechiseren, de Staten van Frl. schorsten hem van 1738-43 in zijn bediening. Emeritus in 1745, misschien uit sympathie voor de hernhutters, bij wie hij zich heeft aangesloten, zie Socinianisme. Zie: P. H. Veen, De doopsgezinden in Schoterland (1869); W. Lütjeharms, Het Philadelphisch-Oecumenisch streven der Hernhutters, enz. (Zeist 1935), 65.