Encyclopedie voor voeding

dr. ir. P. Schoorl (1938)

Gepubliceerd op 05-12-2022

Pulp

betekenis & definitie

Pulp is een afvalproduct van de beetwortelsuikerfabrikatie. Bij de bereiding van suiker uit de suikerbiet wordt de biet fijngesneden, waarna ze uitgetrokken wordt met water. Nadat zooveel mogelijk suiker eruit verwijderd is blijft de natte pulp over, welke als veevoeder dienst doet. Voor het vervoer wordt de pulp voor een deel uitgeperst, waardoor het watergehalte ongeveer 85% wordt. De samenstelling van de geperste pulp is: eiwit 1,3%; koolhydraten 10%; ruwvezel 3%; vet 0,1%; vocht 85%. Onder deze omstandigheden moet de pulp direct vervoederd worden of worden ingekuild (zie ensilage). Daarom wordt de pulp ook wel gedroogd.

De samenstelling is dan: eiwit 8,1%; koolhydraten 58,5%; ruwvezel 17,6%; vet 0,6%; vocht 11%.

Wanneer men bij de bereiding van gedroogde pulp uitgaat van een minder goed uitgeloogd product, waarin dus nog suiker aanwezig is, krijgt men de zg. suikerpulp. Al naar mate meer of minder suiker is achtergelaten, kan men in het eindproduct 10, 20 of 30% suiker krijgen.

Pulp en gedroogde pulp zijn als veevoeder zeer geschikt voor alle diersoorten. Aan melkvee wordt het veel verstrekt, omdat het de hoeveelheid melk, welke geproduceerd wordt, verhoogt.