Honing is het reservevoedsel van de honingbij, dat door dit insect verzameld wordt en opgeslagen in de raten. De honingbij zuigt hiertoe de nectar der bloemen op, verdampt het water, voegt er speeksel en mierenzuur aan 68 toe, waardoor het geconserveerd wordt. Men onderscheidt aldus lindehoning, heidehoning, boekweithoning etc. De honing kan zoowel in de raat bewaard worden als los. In het laatste geval kan de honing door persen, slingeren en uitlekken gewonnen worden. Versche honing is stroopachtig en meestal min of meer doorzichtig. Bij het bewaren gaat ze gewoonlijk in een korrelig kristallijne massa over.
Samenstelling: invertsuiker 75%; druivensuiker 2%; eiwitachtige stoffen 0,4%; vocht 15%; asch 0,2%; verbrandingswaarde ongeveer 3000 calorieën per kg.