Wijn & drank Encyclopedie

Jan Zellenrath (1979)

Gepubliceerd op 04-05-2021

Sicilië

betekenis & definitie

Rode en witte wijnen. Eiland voor de kust van Zuid-Italië

Sicilië, dat van Zuid-Italië wordt gescheiden door de Straat van Messina, is het grootste en meest romantische eiland van de Middellandse Zee. Het bezit prachtige stranden, de vulkaan de Etna en uitgestrekte vlakten met dicht struikgewas. Sinaasappel- en citroenbomen alsmede wijnstokken groeien er in overvloed en na 3000 jaar van bezetting door Feniciërs, Grieken, Saracenen, Noormannen en Spanjaarden is het eiland nu het ‘archeologisch museum’ van Europa. Elk jaar trekt het eiland met zijn tempels, theaters en steden uit de tijd van Magna-Graecia, bruggen en aquaducten uit de tijd van het oude Rome en paleizen en kerken uit de tijd van de Noormannen talrijke kunstminnaars. De zomers zijn er heet en de wijnstokken tieren er welig; Sicilië draagt 9 miljoen hl per jaar bij aan de totale Italiaanse wijnproduktie.

In het verleden voerden volle wijnen de boventoon, zoals o.a. de befaamde Marsala. De wijnstokken van het ras dat voor de Marsala werd gebruikt, in hoofdzaak de Grillo, bedekten ruimschoots het westelijk deel van het eiland. Sinds 1960 is Sicilië echter een belangrijk producent van droge, zowel rode als witte tafelwijnen. De wijngaarden die eertijds dienden voor de produktie van Marsala zijn opnieuw beplant met de Trebbiano, de Catarratto en de Inzolia, soorten die voor droge witte wijnen worden gebruikt, en met de Sangiovese, Nero Mascalese, Perricone en Calabrese voor droge rode wijnen.

De verbeteringen aan de Siciliaanse wijnen zijn voor een groot deel te danken aan de inspanningen van oenologen en wijncoöperaties. Om de wijn in het bezit te laten van zijn frisheid en fruitigheid hebben oenologen de wijnboeren ertoe overgehaald om eerder te oogsten, rond de datum van 5 september. Op die manier is het ondanks de zomerse hitte voor de eerste keer gelukt om de wijnen hun fruitigheid en zuurgehalte te laten behouden zonder dat ze een extreem hoog alcoholgehalte kregen. Bovendien worden de wijnen tegenwoordig al gebotteld in de maand december die op de wijnoogst volgt, in plaats van ze 10 tot 14 maanden in vaten te laten verblijven.

De coöperaties hebben op technisch en commercieel gebied bijgedragen tot de veranderingen in de Siciliaanse wijnindustrie, en 80% van de Siciliaanse wijnproduktie komt vandaag de dag uit 120 coöperaties. Van de belangrijkste exportfirma’s van wijnen op fles noemen we hier Corvo bij Palermo en de coöperatie Settesoli in Menfi, niet ver van Agrigente. (In de stad Agrigente staan Griekse tempels uit de 6de en 5de eeuw v.Chr.) Andere goede producenten zijn de Casa Vinicola Barone di Villagrande te Milo op de hellingen van de Etna, de coöperatie Enocarbj in Scassia, Regaleali (eigendom van graaf Giuseppe Tasca), Sclafabi bij Palermo en Villa Grande, vlak bij de Etna.

Op het ogenblik levert Sicilië 25% van de Italiaanse exportwijnen. Dit is hoe dan ook een enorme hoeveelheid, al wordt een groot deel van de sterk alcoholische rode wijnen in bulk geëxporteerd naar Frankrijk om daar te worden vermengd met tal van Franse wijnen die een lager alcoholgehalte hebben.

Wijntypen

Marsala (DOC): een aperitief- en dessertwijn van een donkere amberkleur, die ontstaat door versnijding van de most van witte wijn met passito, gedroogde druiven die zijn gegist op wijnalcohol. Het Vergine-type wordt gewoonlijk gemaakt volgens het sofera-systeem. Corvo di Casteldaccia: de bekendste rode en vooral witte wijnen van Sicilië. De firma, die aan het begin van de 18de eeuw werd opgericht door de hertog van Salaparuta, behoort tegenwoordig aan de Siciliaanse regering. De witte wijnen die fris, droog en sterk verbeterd zijn, hebben iets van de hardheid van de Trebbiano-druif. De rode, gemaakt op basis van de Nero Mascalise, Perricone en Calabrese, zijn op een goede manier bereid; het zijn sterke wijnen met een lange nasmaak.

Etna (DOC): rode, witte en roséwijnen, gemaakt van druiven die op de koele, zonnige hellingen van de kegelvormige berg worden geplant. Ze hebben alle een hoog alcoholgehalte. De rode worden gemaakt van de Nerello en de Mascalese en de witte van de Carricante en de Catarratto; de beste komen uit Milo. De rosé heeft een donkerroze kleur die al naar het robijnrood neigt.

Mamertino: geen van de Siciliaanse wijnen is echt droog, maar deze goudkleurige witte wijn van de hellingen rond Messina is halfzoet en zeer alcoholisch, met een kruidig bouquet.

Malvasia di Lipari (DOC): zoete, goudgele wijn (misschien wel de beste Italiaanse wijn in zijn soort), gemaakt van door de zon gedroogde druiven en geproduceerd op de eilanden Salina, Stromboli en Lipari, die behoren tot de provincie Messina. De passito- en liquororo-typen worden gemaakt van gedroogde druiven.

Moscato di Pantelleria (DOC): amberkleurige, zeer geurige dessertwijn van het eiland Pantelleria.

Faro: rode wijn die in de omgeving van Messina wordt gemaakt; het is zeker geen slechte tafelwijn met een niet al te hoog alcoholgehalte, al kan het weleens oplopen tot 14°.

Alcamo (DOC): deze wijn, ook wel Bianco d’Alcamo geheten, wordt gemaakt van Catarratto- en ook wat Trebbiano-druiven die worden geplant in het noordwesten van Sicilië, tussen Palermo en Trapani. Het is een droge, frisse, fruitige en geurige wijn met een bleke, strogele kleur. Cerasuolo di Vittoria (DOC): kersrode wijn met een opmerkelijk hoog alcoholgehalte, zeer geschikt om lang te bewaren, met een bouquet van granaatappels en jasmijn. Een uitstekende tafelwijn. Moscato di Noto (DOC): bleekgele wijn met een sterke honinggeur, in kleine hoeveelheden geproduceerd in de omgeving van Moscato di Siracusa in de provincie Syracuse.

< >