1. Eenvoudige rode druivesoort, slechts in beperkte hoeveelheid toegestaan o.a. in de Bordeaux.
Hij wordt ook Malbec of Cot genoemd.2. Streek in het zuidwesten van Frankrijk.
De rivier de Lot doorsnijdt het Causseplateau op weg naar de monding van de Garonne. Dit plateau heeft een kalkachtige bodem, waar nog meer truffels worden geproduceerd dan in de Périgord. De wijngaarden van de Appellation Contrôlée de Cahors strekken zich uit over een afstand van 50 km, aan beide kanten van de rivier de Lot tussen het schilderachtige stadje Cahors en het dorpje Soturac. Dit duidelijk begrensde gebied van bijna 40 000 ha ligt 160 km ten oosten van Bordeaux en 100 km ten noorden van Toulouse. Het grootste deel produceert echter geen wijn. De jaarlijkse produktie van 25 000 hl is afkomstig van kleine stukjes wijnland die verspreid liggen langs de rivieroevers.
In totaal komt dit neer op ongeveer 550 ha. De beste wijngaarden liggen op het zuiden en het zuidoosten.
De druivesoort die in de Cahors wordt gebruikt is de Malbec of Cot, maar hier abusievelijk bekend onder de naam Auxerrois, wat een witte druif is. Afzonderlijk gebruikt geeft hij een inktkleurige wijn, zwaar en hard; daarom verbouwt men ook Merlot en Jurançon, evenals in beperkte hoeveelheid Tannat en Syrah. Niettemin bevatten deze wijnen nog altijd 70% Cot-druiven. De wijnstokken groeien op alluviale bodem waaruit terrassen en heuveltjes zijn ontstaan op de steile oevers van de rivier de Lot. Ongeveer een derde van de druiven wordt verbouwd aan de rand van het Causseplateau waar de bodem voornamelijk bestaat uit Kimmeridge-klei, die men ook aantreft in Chablis. De fijne rode aarde van Cahors is volledig bedekt met kalksteen, vandaar dat men vaak de indruk heeft dat de wijnstokken in steen groeien.
De bovenste laag bevat weinig aarde en is maar heel dun, maar de gebarsten onderlaag maakt dat de planten diep kunnen wortelen. Dit verklaart de kracht en de lange levensduur van de wijnstokken.
De Cahorswijnen zijn vaak omschreven als ‘vins noirs’, zwarte wijnen. (NB. Vins noirs is een eigennaam geworden.) De Malbec geeft een zware en donkere wijn, die altijd wordt gebruikt om lichtere Bordeauxwijnen wat op te halen en meer kleur te geven. Sinds de ramp van de druifluis hebben de wijnen niet meer zo’n hoog alcohol- en tanninegehalte. Nu moeten zij lang liggen én op fust én op fles. Na een goede rijpingsperiode kan de wijn fluwelig zijn en een zacht parfum verspreiden, maar hij behoudt altijd zijn donkere kleur. In 1971 is de kwaliteit beloond met het toekennen van een appellation contrôlée.
In Parnac, midden in het gebied is een grote coöperatie, Les Caves d’Olt, die bijna de helft van de regionale produktie onder haar beheer heeft. George Vigouroux’s Château Haut-Serre en Jean Jouffreau’s Château du Cayrou zijn 2 op het kasteel gebottelde Cahorswijnen.
