Definities van Algemeen Nederlands Woordenboek in de Ensie B
- bijstandsmoeder
- bijstandsniveau
- bijstandsnorm
- bijstandsontvanger
- bijstandsouder
- bijstandsregeling
- bijstandstrekker
- bijstandsuitkering
- bijstandsvader
- bijstandsverlening
- bijstandsverzekering
- bijstandsvrouw
- bijstandswet
- bijtanken
- bijtelling
- bijtende luis
- bijter
- bijtijds
- bijtschildpad
- bijv
- bijvoorbeeld
- bijw
- bijziendheid
- bijzitter
- bijzonder academisch personeel
- bijzonder bestek
- bijzondere bromfiets
- bijzondere wachter
- bijzonderebijstandsverlening
- bijzonderebijstandswet
- biketour
- bikini
- bikinibabe
- bikkel
- bikkelen
- bikken
- bil-bh
- bilaterale longontsteking
- bilblessure
- bilirubine
- biljard
- biljartclub
- biljartsport
- biljartvereniging
- biljoen
- billboard
- billijkheidshalve
- bimbo
- bindend adviseur
- bindingsangst
- binge-eten
- bingedrinken
- bingewatcher
- bingewatching
- binnenbad
- binnenbarbecue
- binnenboordmotor
- binnenhuisarchitect
- binnenhuisarchitecte
- binnenkat
- Binnenlandse Oorlog
- binnenpaard
- binnenpad
- binnenschip
- binnenseizoen
- binnenspeler
- binnenstadbewoner
- binnenvaartschip
- binnenvisserij
- binnenwatervisserij
- binnenzee
- binnenzwembad
- bio-industrie
- bio-informatica
- bio-ingenieur
- bioaanval
- bioafval
- biobak
- biobedfilter
- biobedrijf
- biobenzine
- bioboer
- bioboerderij
- biocentrale
- biofortificatie
- biogasbus
- biograaf
- biografe
- biolandbouw
- biologe
- biologiedocent
- biologieleraar
- biologische boer
- biologische halveringstijd
- bioloog
- biomarker
- biopas
- biopaspoort
- biopic
- biopiraat