De grote encyclopedie van het antiek

Jan Durdik en anderen (1970)

Gepubliceerd op 02-12-2020

Chinees porselein

betekenis & definitie

China is de bakermat van het porselein. Gedurende de Han-dynastie (206 v.C.-220 n.C.) en het tijdperk van de Zes Dynastieën (220-599) werd protoporselein vervaardigd, met lichte scherf en heldere klank.

In de periode van de T'ang-dynastie (618-907) slaagden pottenbakkers er voor de eerste maal in met kaolien en petuntse porselein te maken. I lel porselein werd bedekt met een dunne laag veldspaalglazuur en op een temperatuur van ca. 1300 tot 1500 C gebakken, waardoor een harde, dunne, halfdoorschijnende scherf ontstond met een prachtige glans.Tijdens de Sung-dynastie (960-1279) werden behalve verschillende soorten celadon (Ju. Tung en Kuan) het Ting-Yao en het Ch'ing porselein ontwikkeld, terwijl onder de Yüandynastie(1279-1368) behalve het Ch'ing-pai ook Shu-fu porselein werd gemaakt. Tevens werd toen de decoratie in onderglazuur ontwikkeld.

De Ming-periode (1368-1644) brengt een hoogtepunt in de porseleinindustrie met Ching-te-chên in het noorden van de provincie Kiangsi als centrum. Deze stad was vanwege haar gunstige ligging en het feit dat kaolien en petuntse in overvloed in de omgeving aanwezig waren, daartoe aangewezen. In de nu volgende 600 jaren is het porselein met kobaltblauwe onderglazuurdecoratie het meest vervaardigde porselein, hoewel daarnaast ook koperrode glazuren werden gebruikt. Tijdens de Ming-dynastie werden voor het eerst regeringsmerken (de zgn. nien hao) ingevoerd waarvan die van de keizers Hsüan Tê, Cheng Hua, Chia Ching, Wan Li en T'ien Chi de belangrijkste zijn. In deze periode maakt het Westen kennis met het Chinese porselein, waarvan het blauwwit, dal door de Verenigde Oost-Indische Compagnie werd verscheept (zie Kraakporselein) zeer in de smaak viel.

De belangrijkste ontwikkelingen tijdens de Ming-dynastie zijn: de beschildering met emailkleuren in drie- of vijfkleurentechniek (san ts’ai en wu ts'ai), het gebruik van bladgoud. de toepassing van de fa-hua-techniek. Veel voorkomende vormen zijn: mei p'ings, kalebasflessen, klapmutsen, grote kruiken (o.a. de tsun), schenkkannen, kommen, schalen en schotels. De geschilderde, ingegrifte of in reliëf aangebrachte decoraties bestonden uit: draken, het 'Drie Vrienden'-motief. feng-hua, lotusbloesem en Iolusbladeren, pioenen, chrysanten, lelies en bloemtakjes. In de 16de eeuw komen daar de Taoïstische motieven, zoals de Acht Onsterfelijken, bij. In die tijd stijgt de export van Chinees porselein naar het Westen, m.n. het blanc de Chine uit Tê-hua is zeer populair. Het exportporselein verschilt in vorm en decoratie dikwijls van het voor de eigen markt vervaardigd porselein.

In de op de Ming-dynastie volgende Ch'ingdynastie (1644-1912) liet keizer K'ang Hsi (1662-1722) de keizerlijke fabrieken in Chingtê-chên herbouwen (in 1681) en benoemde Tsang Ying-hsüan lot directeur-generaal. Onder zijn leiding zijn vele nieuwe glazuren ontwikkeld en werd de beschildering met polychrome emailkleuren geperfectioneerd. K'ang Hsi porselein omvat o.a. blauwwit, poederblauw. familie verte en familie noire met monochrome glazuren als sang de boeuf, café au lait, mirror black. Ook werd porselein met ajourdecoratie gemaakt en porselein beschilderd met drie-en vijfkleurendecors, terwijl de uitvinding van het steatiet (paté tendre) ook uit deze periode dateert.

De opvolger van K'ang Hsi. Yung Chêng benoemde Nien Hsi-Yao tot directeur van de keizerlijke fabrieken. Onder zijn leiding werd het familie rosé ontwikkeld en met de benoeming van T'an Ying tot directeur in 1736 breekt een periode van grote technische en artistieke bloei aan. Beroemd zijn de voortreffelijke kopieën van Sung-keramiek. terwijl uit deze periode ook het Ku Yüeh Hsüan-porselein dateert, dal speciaal voor de keizer en het hof bestemd was. Belangrijke nien-hao's uit de Ch'ing-dynastie zijn: K'ang Hsi, Chia Ch'ing, Ch'ien Lung en Yung Chêng. Dit is de grote tijd van het chine de commande; de invloed van het Westen blijkt uit de beschildering van het I8de-eeuwse porselein, met landschappen, vogels en figuren waarbij voor het eerst ook perspectief werd toegepast.

Ook het encre de Chine dateert uit deze periode. Hel late Ch'ing-porselein werd met famille verte-kleuren en andere kleuren beschilderd : in het algemeen gaat de kwaliteit van de beschildering achteruit. Ook gaat men over tot het nabootsen van jade, geciseleerd goud. gedreven zilverwerk e.d. De cloisonné-techniek werd veel toegepast. Ook buitenlandse produkten als Delft, Wedgwood. Limoges-email en Imari-porselein werden geïmiteerd.

In de 19de eeuw raakte de porseleinindustrie ten gevolge van de politieke onlusten en gebrek aan keizerlijke belangstelling in verval. Gedurende de regeringsperiode van Chia Ch'ing (1796 1821) werd zowel Sung-keramiek nagebootst als porselein uit de Ming- en de vroege Ch'ing-dynastieën. Voorts werden alle decoratictechnieken uit vroegere perioden toegepast. De fabrieken van Ching-tê-chên werden tijdens de T'ai-p'ing opstand (1850 1864) verwoest. Maar desondanks werd er nog tijdens de regering van keizer Kuang Hsü (1874 1908) zeer fraai porselein vervaardigd; m.n. de kopieën van K'ang Hsi- en Ch'ien Lung-porselein zijn, afgezien van de nien hao van de keizer, nauwelijks van originelen te onderscheiden.