1. (techn.) Extraheren, waarbij slechts een deel van de vaste stof, die aan deze bewerking wordt onderworpen, opgelost wordt.
2. (bodemk.: Verschijnsel, waarbij door het regenwater en de daarin opgeloste humuszuren van de grond uit de bovenste grondlagen voedingsstoffen worden opgelost, welke in diepere lagen weer worden afgezet (bankvorming) of door het grondwater worden afgevoerd. Vb. podsolprofiel. De bovenste uitgeloogde bodemhorizont wordt A-horizont genoemd en is veelal gebleekt. Ook door het grondwater kan uitloging plaats vinden.