Planten (of dieren) met 4 genomen i.pl.v. 2 heten t. (4n) en kunnen auto- of allotetra-
ploid (z. Allopolyploid) zijn, al naarmate de 4 genomen tot dezelfde soort behoren (en dus m.o.m. gelijk zijn) of tot verschillende soorten behoren en ongelijk zijn (z. Polyploidie en Tetrasome erfelijkheid).