Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Sorgum vulgare

betekenis & definitie

PERS., sorghum, kafferkoorn, kaoliang, is een tot de fam. der Gramineae behorend voedingsgewas, dat vooral in de tropen voor de bevolking van grote gebieden de stapelvoeding vormt. Algemeen werd vroeger aangenomen, dat S.v. afstamt van de S.halepense PERS., het in O.

Middelt. Zeegebied in het wild groeiende Johnsongras. Het onderzoek van STAPF en SNOWDEN maakt wel waarschijnlijk, dat de cultuurvormen uit een serie wilde soorten zijn ontstaan.Naar het gebruik kunnen we S. indelen in 3 groepen, nl. die voor zaadwinning (als meelvrucht), die voor suiker- en stroopwinning en die voor technische doeleinden ; bezems, vlechtwerk en voor de winning van een rode verfstof). De laatste 2 groepen komen ook het meest in aanmerking voor veevoeder. De variatie in vorm is zéér groot, alle zijn echter 1-jarig en maken geen ondergrondse uitlopers.

De S. zijn voor de woestijnachtige, droge gebieden van Afr. en Az., wat de tarwe is voor Eur. Uitgestrekte gebieden zouden zonder ,S. onbewoonbaar zijn, daar dit nog goede oogsten geeft, waar mais door watergebrek niets meer oplevert.

Vooral is dit het geval met de snel groeiende dwergtypen, die in de subtropen en in de gematigde zones weer meer in aanzien komen. S. eist echter hoge temp., vooral de suiker-sorghum. Aan de grond worden geen bijzondere eisen gesteld, maar de opbrengsten kunnen op vruchtbare gronden zeer hoog worden en dan concurreren mol de rnais. De groeiduur is 3-7 maanden. Belangrijkste productie-gebieden zijn: tropisch Afr., India, China, Mandsjoerije en de Ver.St. Het graan komt weinig op de wereldmarkt, daar het moeilijk houdbaar is en tevens gemakkelijk wordt aangetast door voorraadinsecten.

Samenstelling: koolhydraten 60-68%, eiwit 9-12%, vet 3-4%. Voor bierbereiding worden meestal speciale var. verbouwd. In de Ver. St. wordt de suiker-s. voorn. verbouwd voor veevoeder en stroopfabricage; voor suikerproductie is dit gewas niet geschikt, daar de suiker uit de stroop zeer moeilijk uitkristalliseert. Voor veevoeder moet met S. de nodige voorzichtigheid betracht worden, daar vooral jonge, snel groeiende delen vrij veel blauwzuur kunnen bevatten. De zaden bevatten nooit giftige bestanddelen.

Voor de verwerking tot bezems en vlechtwerk verbouwt men de bezem-s. voorn. in de Ver. St., Z. Frankr., Italië, Hongarije en Roemenië.

< >