Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Sorteren

betekenis & definitie

is het scheiden van een product in verschillende grootte-, gewichts- of kwaliteitsklassen, met de hand of met sorteerinrichtingen. Deze sorteren op:

1 . Grootte (b.v. van aardappelen, tomaten, e.d.). Dit kan zowel geschieden op kleinste maat (augurken, asperges, hard fruit), op grootste diameter bloembollen, hard fruit), als op doorsnede (aardappelen, zaden, bloembollen, augurken).
2. Gewicht (b.v. van eieren, hard fruit). Het nadeel hiervan is, dat er steeds een bepaalde tijd nodig is voor het wegen, waardoor de snelheid wordt beperkt.
3. Soortelijk gewicht ( b.v. van komkommerzaden, granen, enz.). Op dit principe berust de. wanmolen. Bij komkommerzaden worden de loze zaden van de volle gescheiden, doordat de eerste blijven drijven en de laatste zinken.
4. Vorm, b.v. van rond en gestekeld zaad. Dit laat men over een schuin geplaatste, aangedreven doek rollen. De gestekelde of gedeukte zaden blijven hierop liggen, terwijl de ronde zaden er af rollen. Ook de naaldenleesmachine berust op dit principe.
5. Kleur, d.m.v. een electrisch oog (fotoelectr. cel). In Am. in gebruik voor citroenen en tomaten.
S. is noodzakelijk om te voldoen aan de kwaliteitseisen, die aan de verschillende producten worden gesteld; het prijspeil wordt er in belangrijke mate door beïnvloed.

In de fruitt. geschiedt het naar kwaliteit met de hand, naar grootte meestal machinaal. S. naar de grootste doorsnede geeft minder variatie in het gesorteerde product dan naar gewicht. Het s. naar kwaliteit geschiedt volgens richtlijnen van het Centr. Bureau van de Tuinbouwveilingen in de kwaliteiten Extra, Standaard, Huishoud en Kroet; alleen de beste 3 kwaliteiten mogen geëxporteerd worden. De sortering van fruit is internationaal gestandaardiseerd, overeenkomstig door de E.C.E. (Economie Committee for Europe) vastgestelde normen (z. verder Fruitsorteermachine met fig.).

S. van groenten heeft plaats naar kwaliteit en maat of gewicht. De kwaliteit wordt beoordeeld naar het uiterlijk. De grootte wordt vastgesteld afhankelijk van de aard van het product. Zo let men bij bloemkool op de doorsnede gemeten over de kop; bij asperges en komkommers op gewicht per aantal ; bij tomaten op doorsnede.

Evenals bij fruit heeft men ook bij groenten officiële richtlijnen voor het sorteren uitgaande van het Centr. Bureau van de Tuinbouwveilingen. Internationaal werden door de E.C.E. te Genève normalisatievoorschriften uitgegeven welke de groenten verdelen in een klasse Extra en klasse I.

In de bloembollenteelt staat de wijze van s. nauw i.v.m. de vorm van de bollen of knollen. Is deze regelmatig dan wordt naar omtrekmaat (uitgedrukt in cm) of in ziftmaat (bij gebruik van ziften) gesorteerd. Bollen en knollen van onregelmatige vorm worden gesorteerd naar grootte (uitgedrukt in 1e, 2e of 3e grootte). Men onderscheidt 2 groepen van sorteringen el. de leverbaar- en de plantgoedsortering (z. verder Bloembollensorteermachine met fig.).

Bij granen en zaden vindt enigermate s. plaats bij het z.g. schonen. Een scheiding in klassen blijft gewoonlijk achterwege. Wel moeten ook dan de zaaizaden aan bepaalde sorteringseisen voldoen, omdat de waarde van het zaad mede bepaald wordt door de korrelgrootte en het daarmee samenhangende korrelgewicht. Als sorteringseis voor Petkuser rogge kan in een normaal jaar b.v. gelden dat ten hoogste 3% van de partij door een spleetzeef van 2 mm wijdte valt. Bij de iets fijnere Mariënrogge zal dezelfde eis b.v. gelden voor een zeef van 1,9 mm. In slechtere jaren worden de sorteringseisen dan verlaagd tot b.v. resp. 1,9 mm en 1,8 mm.

De sorteringseisen staan dus niet vast, maar zijn afhankelijk van soort, ras en oogstjaar, terwijl ook vochtigheid e.d. een rol spelen. De partij (met korrels van uiteenlopende grootte wordt dus in zijn geheel verkocht en rn.b.v. daaruit genomen monsters stelt het station voor Zaadcontrole vast, hoe de sortering is en of aan de sorteringseisen wordt voldaan.

Het s. van eetaardappelen heeft soms reeds op het land plaats; tegenwoordig gaat men er echter meer toe over de partij in eenmaal te rapen en daarna m.b.v. sorteermachines voor de aflevering te sorteren. De maten zijn afhankelijk van de vraag. Meestal is het uitzeven van knollen van 35 à 40 mm en het uitzoeken van bonken voldoende. De bonken zijn voor de export dikwijls zeer gewild. Voor het sorteren van pootaardappelen is door de N.A.K. het gebruik van zeven met vierkante openingen voorgeschreven. De gangbare maten zijn 28/35 mm, 35/45 mm en 45 mm opwaarts opklimmend met 5 mm verschil.

Bij vroege rassen is de sortering enigszins afwijkend. Het s. van pootaardappelen is van veel belang, omdat poters van ongelijke grootte een onregelmatig gewas geven. Voor het s. worden verschillende typen sorteermachines gebruikt : met op en neergaande (schokkende) of heen en weergaande (schuddende) bewegingen of met een combinatie van deze systemen. Alle hebben ze echter het nadeel dat de knollen worden gekneusd en beschadigd, waardoor de houdbaarheid gemakkelijk nadelig wordt beïnvloed. Door de machines langzaam te laten lopen, de zeven en de gevaarlijke plaatsen met rubber te bekleden, kunnen veel kneuzingen worden voorkomen.

Tegenwoordig gaat men er wel toe over de sorteerinrichtingen te combineren met wasinrichtingen, waarbij de knollen geheel worden schoongewassen. Soms droogt men daarna de knollen op rollen van waterabsorberend materiaal.

S. bij tabak is vooral voor sigarentabak van belang (z. Tabak). Ook andere trop. producten worden gesorteerd (z. Rubber, Koffie, Thee e.d. ).
S. van hout naar houtsoort, afmetingen enz. vindt plaats zowel bij het gevelde hout als in de zagerij bij het gezaagde hout; hiermede gaat gewoonlijk gepaard een keuring op kwaliteit. Al het hout van eenzelfde sortimentsklasse wordt in m.o.m. grote partijen, z.g. kavels bijeengebracht. In het bos wordt een scheiding gemaakt tussen werkhout en brandhout. Tot het brandhoutsortiment wordt ook wel het afvalhout gerekend, dat bestemd is voor houtskoolbereiding, chemische verwerking enz. In Ned. onderscheidt de Sorteringslijst 1950: Handleiding voor de indeling, meting en sortering van in Ned. geveld hout, een indeling naar
a. houtsoort,
b. vorm,
c. kwaliteit,
d. afmetingen.

In een bijlage geeft de handleiding de afmetingen van een aantal vrij veel voorkomende houtsortimenten met korte kwaliteitsomschrijving.

De normbladen N 747 en N 748 (gedeeltelijk) bevatten een omschrijving van rijsmateriaal voor waterbouwkundige werken.

Voor de sortering enz. van hout als bouwmateriaal bestaat een norrnblad N 1012, uitgave 1932, herzien in 1940, onder de titel: Keuringsvoorschriften voor hout als bouwmateriaal en voorschriften voor de houtbereiding (K.H.V. 1940). Dit normblad wordt thans herzien.

< >