Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Snijbloementeelt

betekenis & definitie

De s. wordt ten dele onder glas (b.v. anjers, rozen, Euphorbia, Gerbera, violieren, orchideeën, enz.), ten dele geheel buiten (Pyrethrum, margriet, dahlia, enz.) uitgeoefend. Sommige soorten worden ten dele buiten, ten dele onder glas gekweekt, b.v. freesia, chrysant.

Onder de s. wordt ook het forceren van trekheesters (sering, Prunus triloba, P.serrulata. Forsythia) en het stekken van bolbloemen (tulp, narcis, iris enz.) gerekend.De belangrijkste snijbloemencentra in Ned. zijn Aalsmeer, met als voornaamste teelt die van anjers, rozen en seringen, enz.; het Westland (vooral chrysanten en freesia); Rijnsburg (voorn. bolbloemen) ; de Veenstreek (vooral chrysanten, anjers en freesia) enz. In Aalsmeer en Rijnsburg treft men meest sterk gespecialiseerde bedrijven aan, in het Westland en de Veenstreek is de s. vaak gecombineerd met de teelt van groentegewassen.

Van verschillende producten wordt een zeer groot deel geëxporteerd, b.v. van de anjers ca 50%, van de rozen ca 47% en van de seringen ca 65% van de totale veilingwaarde.

De totale exportwaarde van snijbloemen bedroeg in 1955 voor Ned. f33,6 millioen.

Andere belangrijke exportlanden in Rur. zijn Italië (f 24,8 mill., vooral anjers, doch ook anemonen, ranonkels, enz.), Frankr. (f 7 mill., met dezelfde producten, benevens mimosa), Spanje (f 1,6 mill., alleen anjers) en de Kanaaleilanden (f 16 mill., alleen export van bolbloemen e.d. naar Eng.). De belangrijke productiegebieden in deze landen zijn de Franse Côte d Azur, de Italiaanse Rivièra, Vilasar ten N.O. van Barcelona, en Guernsey. In de streken aan de Middellandse Zee wordt de bloementeelt grotendeels buiten uitgeoefend.

De belangrijkste afnemers zijn Eng. (in 1954 voor f 26,2 mill., w.v. f 16 mill. van de Kan. eilanden en f 4,9 mill. uit Ned.), W.Duitsl. (f 18 mill., w.v. f 10,8 mill. uit Ned.), Zweden (f 9,1 mill., w.v. f 4,8 mill. uit Ned.), Zwitserl. (f 8,9 mill., w.v. f 1,9 mill. uit Ned.), België (f 4,8 mill. uit Ned.). België heeft volgende centra van s. onder glas: Brussel-Aalst voor rozen, anjelieren en seringen; Antwerpen voor anjelieren, bloembollen en chrysanten; Gent voor orchideeën. Voor s. in volle grond zijn er m.o.m. grote centra in de omgeving van de steden, maar vooral rond Brussel en Antwerpen.

< >