is een plantaardig organisme dat zijn voedsel of een deel van zijn voedsel ontleent aan dode organische stof. Een s. is niet zoals de groene plant in staat uit koolzuur en water koolhydraten te synthetiseren; hij is voor zijn koolhydraten en andere stoffen afhankelijk van de hem in de natuur ter beschikking staande voedselbronnen (zetmeel, cellulose, lignine enz.) afkomstig van doodgegane organismen of delen daarvan.
Vele schimmels en bacteriën zijn saprophyt.S. zijn nuttig als opruimers in de natuur, zij kunnen evenwel schadelijk worden wanneer zij voor de menselijke samenleving noodzakelijke producten aantasten (hout: palen, dwarsliggers ete.; brood). Vele parasieten kunnen een deel van hun ontwikkeling saprophytisch leven, d.w.z. buiten hun gastheer. Een vb. hiervan is de parasitaire schimmel, die de loodglansziekte bij pruim en perzik veroorzaakt. Deze schimmel kan ook op dood hout leven en in houtvoorraden schade aanrichten.