1. (akkerb.) Omloop, vruchtomloop, een volledige kringloop bij een vast vruchtwisselingsschema. Na afloop van een r. begint weer een nieuwe op dezelfde wijze als de voorafgaande.
Al naar het aantal gewassen in een r. kent men 2-, 3- enz. tot wel 12-jarige omlopen; b.v. drieslagstelsel (3-jarig), Norfolker vruchtwisseling (4 -5-jarig). 2. bosb. R. noemt men in de bosbedrijfsregeling hetzij de omloop in het leegkapbosbedrijf, hetzij de rondgang van de kap in het uitkapbosbedrijf.