Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 21-01-2021

Bosbedrijfsregeling

betekenis & definitie

is het ontwerpen van een regeling voor de werkzaamheden in het bosbedrijf naar plaats en tijd om het doel van het bedrijf, meestal een duurzame en stijgende houtopbrengst, zo goed mogelijk te verzekeren. Een dergelijke regeling is vooral voor bosbedrijven van groot belang wegens: de onoverzichtelijkheid van het object (grote oppervlakten met vaak sterke wisseling in grond en opstandssamenstelling), de lange productie-tijdruimte, waardoor grote kapitalen in het bedrijf worden gebonden; de moeilijke onderscheiding tussen kapitaal (staande houtvoorraad) en rente (aanwas), waarbij de laatste niet afzonderlijk is te oogsten; de onbepaalde oogstrijpheid van het product en de volks-economische belangen, die naast de privaatbelangen van de bezitter vaak aan het bosbedrijf zijn verbonden.

De werkzaamheden voor de b. vallen in twee groepen uiteen, nl.:

1) het verzamelen van het grondslagmateriaal: vastleggen der grenzen; ontwerpen van de bosindeling; oppervlaktebepaling en inventarisatie der bedrijfseenheden naar grondkwaliteit en opstandsgesteldheid; de vorming van bedrijfsklassen; het vaststellen van de omloop; het vervaardigen van kaarten en statische overzichten naar grondkwaliteit en opstandssamenstelling (houtsoort, bedrijfsklassen, leeftijds- of dikteklassen); de vaststelling van de grootte en samenstelling van de staande houtvoorraad; het samenstellen van overzichten van de hout- en geklopbrengsten, zomede van de kosten; de beoordeling van de toegepaste houtteeltkundige behandeling zomede van de gevolgde oogst-, opwerkings-, transport- en verkoopmethoden;

(2) het opstellen van een gemotiveerd bedrijfsplan met gedetailleerde plannen voor de in de eerstvolgende 10 of 20 jaren uit te voeren werkzaamheheden betreffende kap, verjonging of cultuur, dunning, bosverzorging en -bescherming en de verbetering van de bedrijfsuitrusting (wegen, gebouwen, stapelplaatsen, transportmiddelen en werktuigen), zomede een globale schatting van de daaraan verbonden inkomsten en uitgaven.

De b. dient periodiek, elke 10 of 20 jaar, te worden herzien.