Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Park

betekenis & definitie

is oorspronkelijk (net als perk, tuin en hof) een omsloten ruimte (ingeperkt). Bij de oude kastelen en buitens stelde men het p. en het jachtbos tegenover elkaar, waarbij het p. het meer verzorgde deel nabij het gebouw vormde; de tuinen, gewoonlijk zonder geboomte, vormden een derde schakel.

P. begon dus een boomrijke, welverzorgde aanleg te betekenen, welke betekenis het in de tijd van de landschapsstijl behield. Na 1850 verkrijgt het echter meer en meer de bijbetekenis van openbaar terrein, eerst nog (officiële naam van het Vondelpark) uitsluitend als rij- en wandelpark, voor de Zondagse ontspanning van de gezeten burger, na 1914 steeds sterker als ontspanningspark. Het ideaal is nu een terrein waar mensen van allerlei leeftijden, zowel rustig kunnen genieten als naar hun eigen aard zich actief kunnen ontspannen.