glanskevertje, is een klein, iets afgeplat torretje, fam. Nitidulidae, zwart met zwakke metaalglans en knotsvormige sprieten.
Ca 40 soorten in Ned. bekend. De kevers verschijnen na de overwintering vroeg in het voorjaar en bezoeken de vroegste lentebloemen, waar zij soms talrijk op aangetroffen worden. Iets later verplaatsen zij zich naar andere bloemen, waarop zij hun gehele ontwikkeling doormaken. De meest algemene soort is M.aeneus F., de koolzaadglanskever, waarvan de larven zich in de bloemen van koolzaad ontwikkelen, levend van stuifmeel. Schade ontstaat doordat de kevers nog ongeopende bloemen aanvreten om het stuifmeel te bemachtigen. Bestrijding met verschillende insecticiden is mogelijk; echter moet rekening worden gehouden met het gevaar, dat deze voor de bijenteelt opleveren; derhalve dient de bestrijding met DDT, toxapheen of dieldrin bevattende praeparaten vóór de bloei te worden uitgevoerd.
