Plantengeslacht der Gramineae, met 6 soorten, gekenmerkt doordat de bloempakjes met de smalle kant naar de bloeias zijn gekeerd. Het topaartje heeft twee, de zijaartjes één kelkkafje.
Inheems zijn 4 soorten, waarvan Lolium perenne L., Engels raaigras en L.multiflorum. LAM., Italiaans raaigras, landbouwk. zeer gewaardeerd worden. L.perenne heeft ongenaaide pakjes en een gevouwen tevoorschijn komend blad. Het is een echt weidegras en op vele weilanden (o.a. de Friese fennen) is ze vaak de dominerende soort. Het is onze beste grassoort en het heeft een voorkeur voor normaal vochthoudende gronden (zavel, klei) met een behoorlijke P- en een goede K-toestand. Er zijn 2 typen: een hooitype en een weidetype, die uit een aantal door natuurlijke selectie ontstane vormen zijn voortgekweekt.
Zaad van beide typen is in de handel en al naar de bestemming van in te zaaien land kieze men een der beide vormen. Het hooitype groeit wat isneller, schiet eerder door en is minder goed zodevormend. Hoewel duurder, verdient voor blijvend grasland het weidetype zeker de voorkeur. De soort is niet zeer winterhard, al zijn er verschillen tussen de diverse herkomsten. L.multiflorum heeft genaalde pakjes en een gerold te voorschijn komend blad. Het is een sterke groeier en vraagt daarom een ruime bemesting.
De opbrengst is hoog, maar na enkele jaren gaat deze sterk achteruit, vooral na strenge winters. In oud grasland komt ze sporadisch voor; ze is echter van groot belang voor de aanleg van kunstweiden van gemiddelde duur (2-3 jaar). Voor kortdurende kunstweiden voor hooiwinning bezigt men gaarne de reeds in het eerste jaar doorschietende vorm westerwoldicum, Westerwolds raaigras, die een zeer grote opbrengst geeft. De beide andere Loliumsoorten zijn vrijwel alleen floristisch van belang: L.temulentum L., dolik, was vroeger een algemeen onkruid in korenvelden, maar de giftigheid van het zaad (door een schimmel) is oorzaak, dat men speciale zorg aan de reiniging van het zaaizaad besteedt. L.remotum SCHR. (= L.linicolum SOND.), vlasdolik, groeit gaarne tussen het vlas, maar is nu zeer zeldzaam. Beide doliksoorten zijn 1-jarig. De hoofdbloeitijd voor alle soorten is Juni.