1. G. is de prijs, die bij koop en verkoop van grond geldt.
Bij een vrije econ. hangt de prijs in de eerste plaats af van de netto-pachtwaarde van de grond en van de heersende rentevoet. Degene, die grond koopt, zal daarvoor i.h.a. denaarde heersende rentevoet gekapitaliseerde netto-pachtwaarde moeten betalen (g. = netto-pachtwaarde X 100 : rentevoet). Andere factoren spelen echter ook een rol. Bij landhonger lopen de prijzen veel sterker op dan overeenkomt met een redelijke pachtwaarde en normale rentevoet. Ook indien voor devaluatie of inflatie wordt gevreesd, is dit het geval. Daarom wordt in vele gevallen door de Overheid de vrijheid van verkoop van landbouwgronden aan banden gelegd en zijn de prijzen niet meer vrij. In Ned. is dit sedert 1940 het geval.2. Bij de berekening van de door de fabriek aan de veehouder te betalen melkprijs wordt soms van een g. gebruik gemaakt. In sommige streken wordt de melk geheel uitbetaald naar het vetgehalte en ontvangt de boer dan per kg een bepaald bedrag per procent vet. Daar de melk naast vet ook nog andere belangrijke bestanddelen bevat; o.a. eiwitten) wordt de melkprijs ook wel berekend door een bepaald basisbedrag per kg melk te nemen en dan daar per % vet nog een bepaald bedrag bij op te tellen. Dat basisbedrag wordt g. genoemd.