dient voor het opvoeren van graan. Veelal geschiedt dit naar transportschroeven boven in een gebouw, waarmede het verder naar silo's wordt vervoerd.
Zijn de silo's in een groep geplaatst, dan wordt de elevator in het midden opgesteld en het graan wordt dan van boven door stortbuizen in de silo's gevoerd. Bij de oude uitvoering bestaat de g. uit twee kettingen zonder eind, -welke boven en beneden over schijven lopen en waaraan de bakjes zijn bevestigd. De g. wordt dan van boven door een electromotor aangedreven. Bij de moderne uitvoering gebruikt men geen ketting met bakjes meer, maar wordt het graan opgezogen en d.m.v. een luchtstroom verplaatst. Voor het lossen van graan uit zeeschepen en het overbrengen daarvan in kleinere schepen, z.g. lichters, heeft men drijvende g. Zon pneumatische elevator bestaat uit een stoommachine met een capaciteit van ongeveer 350 pk, die twee dubbelwerkende luchtpompen aandrijft. Aan iedere pomp zitten twee zuigbuizen, welke rechtstreeks in het graan uitmonden. Aan het uiteinde van deze zuigbuizen zitten instelbare mondstukken.
Rechte mondstukken worden gebruikt in open ruimen, waar het graan voldoende hoog ligt om direct lot op de bodem te worden weggezogen. Gebogen mondstukken worden toegepast voor het leegzuigen van de tussendekken en de hoeken van de bodem van het schip. De lucht krijgt, doordat er een vacuum wordt gezogen, een zekere snelheid, waardoor de graankorrels worden meegevoerd. De luchthoeveelheid is regelbaar voor verschillende graansoorten, liet opgezogen graan valt in een vergaarbak, waaruit de lucht via een cycloon verdwijnt. In deze cycloon wordt het stof opgevangen. Het graan wordt afgevoerd door een graansluis, bestaande uit een roterende cilinder, verdeeld in een aantal cellen. Het graan gaat hier doorheen zonder lucht in het vacuum toe te laten en passeert daarna een weeginrichting. Van hieruit valt het via stortbak en stortpijp in de eronder liggende lichters.
Het zijn grote installaties, die een uurcapaciteit hebben van 275 325 t. De dagcapaciteit is gemiddeld 200 250 t per uur, doordat er tijdverlies is met het manoeuvreren van de lichters en op den duur door de dunnere graanlaag. In een grote haven vindt men vele van deze drijvende g., waarvan er dan meer tegelijk bij één zeeschip bezig zijn.
P.W. BAKKER ARKEMA.