Om tot een goede sortering van de bacon te komen, en levens de varkens naar kwaliteit te kunnen uitbetalen, worden de varkens geclassificeerd naar dikte van het rugspek en naar het type varken. Voor klasse I mag de spekdikte bij de schouder 5 cm, in het midden 3 cm en op de lenden ten hoogste 4 cm bedragen.
Voor klasse II zijn deze maten resp. maximaal 5,5 cm, 3,5 cm en 4,5 cm, voor klasse III, 7 cm, 5 cm en 6 cm.Boven 76 kg geslacht gewicht worden deze maten met ¼ cm verhoogd. Wordt één van deze maten overschreden dan valt het varken in de volgende klasse. Varkens met te dun rugspek (minder dan 2 cm) mogen niet worden geëxporteerd. Naar het type deelt men de varkens in 3 klassen A, B en C in. Hierbij is de lengte van veel betekenis. Daar de lengte met het gewicht toeneemt, heeft men de volgende indeling gemaakt.
Geslacht
gewicht Merk Minimum
A-lengte Minimum
B-lengte
56-62 kg O 77 cm 73 cm
63-66 kg GEEN merk 78 cm 74 cm
67 70 kg I 70 cm 75 cm
71 75 kg II 80 cm 76 cm
76-80 kg — 81 cm 77 cm
81-85 kg = 82 cm 78 cm
Men meet de varkens met een maatstok, die men onder de voorste rib haakt en meet tot het schaambeen. De minimummaten voor A- en B-lengte staan op dezelfde stok. Wat daar tussen ligt krijgt B-lengte; langer dan de minimumlengte van A krijgt A. korter dan de minimumlengte van B wordt C-lengte. Een varken krijgt nu A-type wanneer hij A-lengte heeft met daarbij een goed type, lichte schouder, goed gevormde zware ham en een goede hoeveelheid vlees.
Voldoet hij aan één van deze eisen niet dan krijgt hij B-type. Varkens met een slechte ham en een slechte schouder komen in de C-klasse. Teneinde de varkensfokkers en -mesters hierover in te lichten heeft men de volgende afkortingen ingevoerd, die dan op de afleveringskwitantie worden ingevuld:
k = zeer korte varkens;
sh = slechte ham;
zs = zware schouder;
s = onvoldoende vlees.
Voor de verbetering van het product is uitbetaling naar kwaliteit een noodzaak. De boer heeft hier recht op, het is dus van belang, dat de classificatie uniform en onpartijdig wordt uitgevoerd. De classificatie wordt uitgevoerd door de controleurs van het Bedrijfschap voor Vee en Vlees, onder toezicht van een hoofdcontroleur. De verantwoording van deze classificatie is opgedragen aan een rijks-veeteeltconsulent in algemene dienst, die speciaal belast is met de behartiging van de belangen van de varkensfokkerij.
