Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

voorafgaandelijk

betekenis & definitie

I. Als bnw.

Voorafgaand; ook weer te geven als bijw.: vooraf, van te voren; bij voorbaat.

Gebruik-genot: 2 maand na de toewijzing mits voorafgaandelijke betaling van prijs en kosten, Annoncenblad 7/1/1977, p. 8.

Groepen en klassenbezoeken worden tevens toegelaten, mits voorafgaandelijke aanvraag, Gazet v. Antw. 17/5/1977.

Daarenboven zijn nu onderhandelingen ... tot stand gekomen, die ook betrekking hebben op de voorafgaandelijke eis van de Nederlandse regering om eerst de kinderen vrij te laten vooraleer kan gepraat worden over een eventuele inwilliging der eisen, Gentenaar 26/5/1977.

De raad diende thans voorafgaandelijk advies op eventuele wijziging van het Bijzonder Plan van Aanleg te geven over het eigendom van de gemeente, Laatste Nieuws 4/8/1980.

Ook o.a.: WYSEUR-DE RYCK 1954, 15. Volksmacht 27/8/1976.

II. Als bijw.

A priori; iem. voorafgaandelijk veroordelen.

Opm.: In de standaardt. uitsl. als bijw. in de bet.: van te voren, maar w.g. (freq. 0).

< >