Ter aand. van een op een voet staande staaf om iets te ondersteunen, om er iets aan op te hangen; ook ter aand. van een staand toestel waarop iets rust, om iets in te zetten enz.: stander; standaard (bijv. aan een fiets); - (gewest.) drievoet, kruk (met drie poten).
U krijgt het fietsje dan thuis bezorgd in een mooie, stevige geschenkverpakking, kompleet met bedieningstouwtje, staandertje, en gebruiksaanwijzing, Gentenaar 11/5/1977.
Sam.: rookstaander, asbak (met toebehoren) op voetstuk, rookstandaard (Advert. 5/7/1976).