(Zijn mouwen) opstropen; (een rok e.d.) opschorten; (een broek) omslaan.
Zij hebben al hun vest uitgespeeld en hun hemdsmouwen opgesloofd, TEIRLINCK 1952, 1, 99.
Fientje slooft haar rokje op en gaat bij ’t water zitten, TEIRLINCK 1952, 2, 44.
Gepubliceerd op 03-02-2023
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: