z.n.m.
1. of Roosterwerk. Verzameling houten, die elkander rechthoekig kruisen en tot grondslag dienen voor een schip in aanbouw.
2. Zware latten, in ’t vierkant gekruist, die voor luiken op de openingen van het dek gelegd worden en licht en lucht binnenlaten. Den rooster klaar maken. De door den krijgsraad veroordeelde, wordt aan een staanden rooster gebonden en met handdagen (zie dag) afgestraft.