Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 23-04-2022

keren

betekenis & definitie

(1882) (sold. en stud.) straf toegepast op baren of groenen*: het bed (met de persoon erin) omdraaien.

• Een baar (groen, nieuweling), die door een oudjen en anaitié wordt genomen, is een dokstukje; zijn ongelukkige collega, die veel te lijden heeft in den groentijd, een donderstukje. Deze komt dan ook al spoedig te weten wat keeren beteekent. Het keeren is nl. een van de straffen, welke veelvuldig op baren worden toegepast. Het wordt uitgevoerd als volgt: De patiënt begeeft zich te bed, twee personen vatten de matras, aan de eene lange zijde en met een forschen ruk trekken zij die eerst naar zich toe, om haar daarna om te slaan. Een variant op die straf is het nat-keeren, dat op dezelfde wijze wordt uitgevoerd met toevoeging van een kan water, die men gedurende de beweging volgens de lengte door de krib werpt. Is de straf afgeloopen, dan kan de baar gaan maffen, d. w. z. slapen. (Zutphensche courant, 24/01/1882)
• Keren: het bed waar je huisgenoot in slaapt omdraaien, terwijl hij erin ligt. (Studentengids Universiteit Leiden 2015)
• Keren = een huisgenoot met matras en al omkeren in bed. (F.M. Melchers: Burger of borrelaar? Een kwalitatieve studie naar de relatie tussen groepsidentiteit en taal bij een Utrechtse studentenvereniging. Bachelorscriptie. 2018)