(1954) (inf.) dat zit wel goed. Oorspr.: dat is veilig.
• Over ’n week of twee zal er begonnen worden met nachtvliegen. „De mensen moeten nog even wennen,” zegt de heer Vogelzang, „’n paar weken terug kwam er ’s avonds ’n Anson binnen. Het was al vrij donker en opeens zag een boer een vlammende uitlaatpijp langs z’n raam voorbijdaveren. Hij is direct op de fiets gesprongen en kwam hier informeren wat dat wel geweest was. „Dat zit wel safe”, zeiden wij: „er is zojuist ’n vliegtuig geland.” (Overijsselsch dagblad, 14/08/1954)
• De heer Wagenvoort toont zich optimistisch: er komt een catalogus voor de goederen en „dat geld zit wel safe." (Trouw, 15/12/1962)
• Om het geld hoeft de 84-jarige schrijfster het allang niet meer te doen. Dat zit wel safe. (De Telegraaf, 03/12/1983)
• (Fré Harmsen: Van baroe tot branie. Termen en zegswijzen bij de Koninklijke marine. 1991)
• Tegelijkertijd kwam er in de bijgestelde strategie een nieuwe reclamecampagne op gang waarin de nadruk is gelegd op het feit dat ING uit Amsterdam komt. Met andere woorden: dat zit wel safe. (het Financiële Dagblad, 31/07/2006)
