Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 29-01-2023

dame van lichte zeden

betekenis & definitie

(1924) (ook: vrouw van lichte zeden) (euf.) prostituée. Vgl. Engels 'lady of a certain description; lady of easy virtue'. De meeste benamingen voor een prostituee kunnen een subtiele morele veroordeling inhouden. Het woord 'hoer' is niet vrij van morele connotaties, hoewel deze term niet door iedereen (even) negatief wordt ervaren. Prostituee, publieke* vrouw en dame van lichte zeden hebben dergelijke negatieve connotaties niet. 'Dames' in de betekenis van hoeren, komt al voor als aantekening van Boekenoogen. Hedendaagse eufemismen zijn o.a. karakterdanseres* en sekswerkster.

• Door den raad van justitie zal morgen worden voortgezet de behandeling der zaak van de jongelieden Zeil en Schrijn, die, naar men reeds weet, terecht staan wegens berooving van een inlandsche vrouw van lichte zeden. (de Indische courant, 27/08/1924)
• ... een standaardwerk over zeerovers en de niet zeer kuise memoires van een dame van lichte zeden uit de achttiende eeuw. (Jacques den Haan: Het eiland der sirenen. 1952)
• De dokter, de rechter en de dame van lichte zeden worden er zelfs toegebracht zich te bezinnen over hun voorbije leven als in een flits. ... (José de Poortere: Martinus Nijhoff. 1965)
• Wat mij in hem bekoorde was zijn gewoonte, zo nu en dan, (niet te vaak) een dame van lichte zeden mee te brengen in 'De Zalm'. (Simon Carmiggelt: Kroeglopen. 1977)
• Nou... zoals met die... die dame van lichte zeden in Kenia. (Leon de Winter: Hoffman's honger. 1991)
• De ramen potdicht, de telefoon in z'n armen geklemd en om hem heen de opengeslagen telefoonboeken waarin talloze nummers van dames van lichte zeden waren aangestreept. (HP/ De Tijd, 01/12/1995)
• In een stad als Tiel mocht elke man een dame van lichte zeden, die hij na zonsondergang binnen de veste aantrof, ongestraft van de stadsmuren afduwen. (Nieuwe Revu, 03/12/1997)
• Maar wie net als ik een beetje oplet merkt dat Winnie zich naar de uitgang beweegt met een schuwheid die niet past bij wat in kringen van diezelfde gezinshoofden wordt genoemd ‘een dame van lichte zeden’. (Joost Zwagerman: Het jongensmeisje. Verhalen. 1998)
• Op het Rembrandtplein staat een vrouw. Ze heeft een dure mantel aan, ze draagt schoenen met hoge hakken en ze staat zo te zien op iemand te wachten. Gegeneerd kijkt ze om zich heen, ze lijkt waarempel wel een dame van lichte zeden. (Yvonne Kroonenberg: Nee, dan die van mij. 2000)
• De gemiddelde vrouw van lichte zeden is laag opgeleid en vaak door relatie- en financiële problemen in het vak terechtgekomen, of ze willen snel geld verdienen. (de Telegraaf, 23/03/2002)
• … hij keerde steevast terug met een hoop smeuïge details over de dames van lichte zeden met wie hij de koffer in was gedoken. (Özcan Akyol: Turis. 2016)
• Maar wie net als ik een beetje oplet merkt dat Winnie zich naar de uitgang beweegt met een schuwheid die niet past bij wat in kringen van diezelfde gezinshoofden wordt genoemd ‘een dame van lichte zeden’. (Joost Zwagerman: Grote groet uit Zwagerland. Samengesteld door Maria Vlaar. 2018)
• Ze hebben met Malle Babbe (1974) een geschikt nummer liggen. Het betreft een barok verhaal over een dame van lichte zeden. De notabelen die haar in het openbaar geen blik waardig gunnen, laten zich in het geniep door haar ‘bedienen’. (Peter Van Dyck: Watskeburt, Lage Landen? 2019)