1) (1916) (scheldw.) man met een baard; (Barg.) erg lelijk persoon, niet noodzakelijk iemand met een baard. Het kan net zo goed op een vrouw slaan. De eigenlijke betekenis is die van een soort aap. In de jeugdtaal van de jaren negentig (van vorige eeuw) komt ook de variant 'baardo' voor (zie Hoppenbrouwers). In het Duits eveneens als scheldwoord gebruikelijk: Bartaffe. Volgens Kupper zou het na 1945 in de Duitse studententaal opgang hebben gemaakt .
• Baardaap, bijzonder lelijke vrouw of een knappert (revolver) die niet schreeuwt (geen knal geeft). (Köster Henke: De boeventaal. 1906)
• Z'n vader ligt hopeloos achter bij de eerste de beste baardaap, die hem aanhaalt... (het Volk, 07/10/1916)
• Ik ben de enige van de sektie met een baard. Nooit kans om me ergens aan te onttrekken, want dadelijk missen ze me: is die baardaap d'r niet bij? (A.M. de Jong: Frank van Wezels roemruchte jaren, 1928)
• De Kaptein kan amme gloove, maar daar zit de schlemiel, daar. Heb ik 'm een heibeltje gemaakt, maar hij knijst niet, die baardaap. (Fr. Van de Vrande: Grensleven. 1936)
• Wat mot ik met zo'n baardaap in me slaapsalon? (Willem van Iependaal: Lord Zeepsop. 1937)
• "Wat is er van je dienst, ouwe baardaap?" vroeg de spekslager toen hij de kluizenaar ontdekte. (de Groene Amsterdammer, 17/12/1938)
• En in een café had ik zo'n artiest die knus met z'n meissie in een hoekje bij de kachel zat uitgescholden voor 'baardaap' en 'luizebos'. (Jan Cremer: Ik Jan Cremer. 1964)
• Immers, het grote publiek had tot die tijd altijd opgekeken naar meneer de kunstschilder. Men had wel niet veel op met zo'n baardaap in geiteharen sokken en de soepresten in zijn sik, die portretjes schilderde van jonge maagden die zich daarvoor geheel naakt uit moesten kleden... (Jan Cremer: Logboek. 1978)
• Hoe moet ik je noemen, Philip, Flip, Phil, Philippos? Zo noemde die blonde baardaap je toch? (Alfred Kossman: Hoogmoed en dronkenschap. 1981)
• Open die deur, mottige baardaap, stuk ellende, hondenbrok.... (Marcel Möring: In Babylon. 1997)
• Maar ja, van die baardaap ben ik zo nerveus geworden dat ik… (Herman Brusselmans: Het einde van mensen in 1967. 1999)
• Er zat ook een baardaap bij, die Hugo Borst heette, als vaste gast bij het programma van die dag. (Peter Langendam: Boeren, burgers & politici. 2010)
• Daar aan een grote tafel die bijna het hele voetbalkantine-achtige vertrek vulde zat minstens een elftal van internationale baardapen wandelzweet uit te stomen en luidruchtig te zijn. (Tosca Niterink: Klimmen naar kruishoogte. 2012)
• Want natuurlijk ging ook hier weer het gerucht dat deze ‘baardapen’ weinig seksuele remmingen kenden. (Constant Meijers: Kom van dat dak af. Geschiedenis van de Nederlandse rock & roll. 2013)
• Wat een reuze interessante afwijkingen, denkt Muller als hij een Vrij Nederland doorspit. ‘Anarchistiese, homofiele baardaap zoekt een links, rielekst, langharig element om samen VN, Hitweek en Gandalf te lezen.’ (Robbert Ophorst, Marijn Schrijver & Roelof de Vries: De Lustfabriek. 50 jaar Nederlandse porno-industrie. 2014)
• Ze zou Peter-Jan nooit meer kunnen zien als een van de baardapen. De baardapen, zo noemde haar vader de mannelijke partijgenoten van Ellen. Ze hadden allemaal een baard en een snor, ze droegen allemaal een spijkerbroek met wijde pijpen en een zwarte trui. (Maria Stahlie: Egidius. 2014)
• (Bindervoet & Henkes: Dat boek met die kuttitel. Schelden en vloeken in het Nederlands. 2015)
• De baardaap met het lange haar stond op en liep samen met Dylan naar het raam, waar ze in druk gesprek gingen, alles op fluistertoon. (Wilfried Hendrix: De solipsist. 2016)
2) (1906) (Barg.) revolver die geen geluid maakt.
• (Köster Henke: De boeventaal. 1906)
• (J.G.M. Moormann: De geheimtalen. 1932)
• (E.G. van Bolhuis: De Gabbertaal. 1937)
• (Henry Roskam: Boeven-jargon. 1948)
• (Fokke Bos: De vreemde woorden. 1955)
3) (2000) (scheldw.) extremistische moslim. Syn.: baardman*.
• Noem een moslim een baardaap, een fundi als je wilt. Geen probleem. Kan allemaal op de Naffersite. (het Parool, 11/04/2000)
• Vlaams parlementslid en Aalsters schepen van Integratie Karim Van Overmeire (N-VA) pikt de kritiek niet op een facebookpost waarin hij de term "baardapen" gebruikte. De voormalige Vlaams Belanger reageert opnieuw op Facebook bijzonder fel op zijn criticasters. Een foto van een terrorist met vijf bebloede, afgehakte hoofden moet zijn boodschap kracht bijzetten. De N-VA-top zegt dat "Karim het recht heeft zijn verontwaardiging te uiten". (De Morgen, 26/03/2016)
