Chinees politicus (1896), keerde na een universitaire studie te Parijs, waar hij zich bij de communistische partij aansloot, in 1923 naar China terug, waarna hij vnl. in Zuid-China verschillende posten bekleedde. Sinds het befaamde incident bij Sian-foe in 1936, waarbij Tsjiang K’ai-sjek tijdelijk ontvoerd werd, en waarbij Tsjou En-lai een belangrijke rol speelde, behoort hij tot de meest vooraanstaande Chinese communisten.
Bij de stichting der Chinese Volksrepubliek werd hij tot een der vice-presidenten der regering en tot minister van Buitenlandse Zaken benoemd.