Nederlands toneelspeler en -regisseur (Kota Radja 3 Apr. 1899), kwam met zijn elfde jaar naar Den Haag, waar hij in H.B.S.tijd uit liefhebberij toneel speelde. In Oct. 1917 debuteerde Laseur bij het Hofstad Tooneel („Micheline”), in 1919 volgde een engagement bij Heijermans; daarna was hij weer verbonden bij Van der Lugt, Verkade, Cor Ruys, Fabricius en aan het „Vereenigd Tooneel”.
Van 1932 dateert de oprichting van het „Centraal Tooneel”, met welke troep hij achtereenvolgende jaren in de Amsterdamse Amstelstraat vele artistieke successen beleefde. In 1937 speelde hij enkele rollen in Londen. Te Amsterdam ensceneerde hij „Naar het u lijkt”, daarna „Comedy of Errors” van Shakespeare. In 1939 een bezoek aan de V.S., dat hij in 1940-’47 herhaalde. Laseur’s veelzijdigheid bleek niet slechts uit zijn repertoire-keuze, maar ook uit kleinkunst-programma’s en als operetteregisseur („Die Fledermaus”, 1940). In 1947 richtte hij de „Haagse Comedie” op.