Oudjavaanse, in de versmaten der Sanskrit kunstdichten gestelde vrije bewerking van het kernverhaal van het Mahâbhârata, geschreven in 1157 n. Chr. in Kadiri (Java) door mpu Sĕdah en later herhaaldelijk omgewerkt in nieuwere gedichten.
De Oudjavaanse tekst is uitgegeven door J. G. H. Gunning (’s-Gravenhage 1903); een vertaling gaven R. Ng. Poerbatjaraka en C.
Hooykaas, in Djåwå 1934 (Batavia). Een der nieuwere Javaanse bewerkingen onder de titel Bratajoeda is in tekst en vertaling uitgegeven door Cohen Stuart, Verh. Batav. Gen. 27 en 28 (1860).