Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-06-2022

Ambo(n)

betekenis & definitie

(van Grieks voor omhoogklimmen) is in oude kerken een soort hoge lessenaar met aan weerszijden een trap. Gewoonlijk treft men er zelfs twee aan, waarvan de voornaamste moet dienen voor het zingen van het Evangelie en voor de homiletische preek en de kleinere voor de Epistel, bij de Byzantijnen ook voor de kroning van vorsten.

Ze kunnen verbonden zijn met de cancelli of afsluiting van het zangerskoor voor in de kerk; zo is het woord kansel ontstaan. Uit de ambon ontwikkelde zich de preekstoel zoals wij die nu kennen en welker plaats in de kerk generlei verband houdt met de liturgische eredienst.

Lit.: H. Ledercq, in Dict. d’archéol. chrétienne, I, s.v.

< >