Zinzendorf und Pottendorf (Nikolaus Ludwig, graaf von), de stichter der Evangelische Broedergemeente en geboren te Dresden den 26sten Mei 1700, was een pleegkind van Spener, werd na den vroegtijdigen dood van zijn vader („Konferenz-minister” in Keur-Saksen) in de Lausitz bij eene vrome en ontwikkelde grootmoeder opgevoed en kwam op zijn tiende jaar in het weeshuis te Halle onder de leiding van Francke. Doch eerst te Wittenberg, waar hij sedert 1716 in de regten, alsmede in de theologie studeerde, werd hij een volslagen piëtist. De jaren 1719 en 1720 bragt hij meerendeels door te Utrecht en te Parijs. In 1721 werd hij landraad bij het bestuur te Dresden en bragt in 1723 op zijn landgoed Berthelsdorf het plan ten uitvoer, eene godsdienstige secte te stichten, in welke, als steunende op de prediking van Jezus den Gekruisigde, alle Evangelische Protestanten zich zouden vereenigen.
Toen de uitgewekene Moravische Broeders, welke hij in de gemeenschap der zijnen had opgenomen, aldaar geene voldoende ruimte vonden, stichtte hij Herrnhut. Zoodra hem voorts in 1727 het houden van huiselijke godsdienstoefeningen verboden werd, nam hij zijn ontslag uit de staatsdienst, onderwierp zich in 1734 onder een aangenomen naam te Stralsund aan het examen van candidaat in de godgeleerdheid, deed zich te Tübingen in den geestelijken stand opnemen en werd in 1737 te Berlijn gewijd tot bisschop der Moravische Broedergemeenten. Van 1736 tot 1747 uit zijn vaderland verbannen wegens het invoeren van nieuwigheden op godsdienstig gebied, bleef hij op zijne reizen door Europa, West-Indië en Noord-Amerika ijverig werkzaam voor zijne secte, hield openlijke voordragten en schreef brieven en boeken. Hij vervaardigde 108 stichtelijke geschriften, waaronder zich eene „Sammlung geistlicher und lieblicher Lieder” bevindt, alsmede het „Gesangbuch” der gemeente te Herrnhut. Hij overleed alhier den 9den Mei 1760. In 1722 was hij in het huwelijk getreden met Erdmuthe Dorothea, gravin Reusz von Ebersdorf, die desgelijks geestelijke liederen dichtte, en na haren dood in 1757 met Anna Nitschmann, ook als vervaardigster van zulke liederen bekend.