Woiwode is een naam, die heerscher beteekent en toegekend werd door de oude Slawen aan dengene, die in tijd van oorlog tot bevelhebber gekozen werd. Daarom is die titel ook gegeven aan gekozen vorsten, bijv. aan die van Walachije en Moldavië vóór 1439, alsmede aan de gekozen opperste rijksbestuurders in Polen vóór den tijd der Piasten. Later gaf men dien naam in het voormalig koningrijk Polen aan de stadhouders in de provinciën, welke laatsten woiwoodschappen werden geheeten.
De woiwoden waren aanvankelijk geene burgerlijke, maar militaire waardigheidbekleeders, die bij het uitbarsten van den strijd den adel moesten oproepen en in het veld brengen. Later werden zij ook met het burgerlijk bestuur belast en men vertaalde het woord woiwode in het Latijn met palatinus. Daar zij tevens zitting en stem hadden in den Senaat, werden zij ook senatoren genoemd. De naam woiwoodschap bleef tot voor korten tijd in Russisch Polen in gebruik, maar is thans door dien van gouvernement vervangen. Bij de zuidelijke Slawen geeft men ook nu nog aan den aanvoerder van een bruiloftsoptogt den naam van woiwode, en in de Slawische gewesten van Turkije voeren de pachters der belastingen dien titel.