Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Willehad

betekenis & definitie

Willehad, in den aanvang der 8ste eeuw in Engeland geboren, werd er tot priester gewijd, begaf zich in 770 met verlof van koning Abred naar Friesland en kwam er in de nabijheid van Dokkum, waar men in diezelfde eeuw Bonifacius had vermoord. Hij werd er met groote onderscheiding bejegend, onderwees er de kinderen der edellieden, bragt er velen tot het Christendom en begaf zich vervolgens over de rivier Lovevecke (de Lauwers) naar het land van Humarcha (Humsterland). Hier echter vond hij een woest en afgodisch volk, dat hem voorzeker terstond zou hebben gedood, zoo hij het niet door zijne welsprekende taal tot kalmte had gebragt. Nu raadpleegde men het lot, om te zien of Willehad al dan niet den dood had verdiend; het lot was hem gunstig, zoodat hij ongemoeid kon vertrekken.

Nu begaf hij zich naar Drenthe, waar hij het werk der bekeering met ijver voortzette. Door het omverwerpen der afgodsbeelden deed hij er echter de menigte in woede ontvlammen; men viel op hem aan met stokken, en een zijner tegenstanders kwam op hem af met een ontbloot zwaard, om hem te onthoofden. De geloofsverkondiger had echter een kistje met reliquieën aan een riem om den hals bevestigd, en toen de woesteling hem een slag toebragt, doorsneed het zwaard enkel den riem, zonder aan Willehad eenig leed te veroorzaken. Daardoor werden de Heidenen zoo getroffen, dat zij hem verder geenerlei hindernis in den weg legden, waarna hij in 780 op verzoek van Karel de Groote naar Wigmodia trok, eene landstreek in Saksen. Hier was hij ijverig werkzaam en werd op de synode te Worms tot bisschop over 6 onderscheidene landstreken gewijd, o. a. ook over Oostergo, en overleed te Blexen in het hertogdom Oldenburg op den 8sten November 739. zijn stoffelijk overschot werd naar Bremen gebragt en aldaar in eene door hem gebouwde kerk ter aarde besteld.

< >