Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Wacht

betekenis & definitie

Wacht noemt men een persoon of eene verzameling van personen, ter bewaking, alzoo ter bevordering van de veiligheid van personen en goederen dienende. In vele plaatsen is gedurende de duisternis de nachtwacht daarmede belast. Op krijgskundig gebied geeft men den naam van wacht aan de grootere posten, die schildwachten uitstellen, en het geheele stelsel van zaken, welke daarop betrekking hebben, draagt den naam van wachtdienst. Men onderscheidt daarbij garnizoensdienst en voorpostendienst.

In belangrijke garnizoenen heeft men eene hoofdwacht en eenige kleinere wachten (bij poorten, kazernen, kruidmagazijnen enz). De veldwacht behoort tot de voorpostendienst en is vaak om een wachtvuur gelegerd. Eene eerewacht houdt zich op bij het verblijf van hooggeplaatste personen of vergezelt deze op hunne togten, terwijl zij ook wel eens dient tot het inhalen van ambtenaren of geestelijken of tot opluistering van een stoet. De naam schildwacht is uit den riddertijd afkomstig, toen ieder ridder zijn schild vóór zijne tent ophing en het door een alzoo genoemden krijgsman liet bewaken.