Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Villa

betekenis & definitie

Villa was reeds bij de Romeinen de naam van een landhuis of buitenverblijf. Was het met stedelijken zwier opgetrokken en voor zomer- en winterverblijf ingerigt, dan noemde men het eene villa urbana, en anders eene villa rustica, gewoonlijk door ooft- en wijngaarden, groentetuinen enz. omgeven.

In een aangrenzend gebouw woonde de bestuurder of rentmeester (villicus) met de slaven. Tot de prachtige villa’s der Oudheid behoorden die van Lucullus, Augustus, Pompejus, Cícero, Hortensius, Plinius, Calígula, Nero en Hadrianus, en aanzienlijke Romeinen hadden veelal meer dan ééne villa. In den tijd der Carolingen gaf men den naam van villae regiae aan Koninklijke bouwhoeven op meijerijen, alwaar de Vorsten dikwijls tijdelijk hun verblijf hielden. Later beteekende de naam villa een door pleiziertuinen, parken enz. omgeven landhuis, en tegenwoordig bestempelt men met dien naam ook woonhuizen in steden, die eene vrije standplaats hebben en met veranda’s, balcons enz. versierd zijn. Eigenlijk is de villa niets anders dan een op het land gelegen verblijf, dat door eene in de stad gevestigde familie gedurende de zomermaanden betrokken wordt.