Tempe is de naam van een bekoorlijk dal ter breedte van 100—2000 schreden en ter lengte van 10 Ned. mijl, tusschen den Ossa en den Olympus in Thessalië gelegen en door de Peneus besproeid. Waar laatstgenoemde rivier zich een weg baant door het gebergte, vormt zich eene naauwe kloof. Verder naar beneden wordt het dal breeder, zoodat zij er in bevallige kronkelingen doorheen stroomt, doch in de nabijheid der zee vereenigen zich de rotsen nogmaals tot eene woeste kloof, om zich op het strand weder van elkander te verwijderen. De weg ligt er op den regter oever der rivier en is gedeeltelijk in de rotsen uitgehouwen.
Dit dal was een der merkwaardigste bergpassen van Noord-Griekenland. Philippus van Macedonië deed aan zijn ingang forten verrijzen, die later in verval kwamen, maar vervolgens door de Romeinen weder werden opgebouwd. Ook thans nog ziet men de bouwvallen van één dier forten op den regter oever van de Peneus. In den bergpas verhief zich een altaar, aan Apollo gewijd, en digt bij de zee een ander ter eere van Poseidon (Neptunus).
