Wat is de betekenis van bergpas?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bergpas

bergpas - Zelfstandignaamwoord 1. een lager gelegen deel van een bergrug Woordherkomst samenstelling van berg en pas

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bergpas

bergpas - zelfstandig naamwoord uitspraak: berg-pas 1. laagte tussen twee bergtoppen ♢ je kunt de andere kant van de berg het snelst bereiken via de bergpas Zelfstandig naamwoord: berg-pas de bergpas ...

2024-04-25
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

bergpas

pas in berg(e).

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bergpas

m. (-sen), plaatselijke laagte tussen en daardoor weg tot overtrekken van een gebergte.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bergpas

m. bergpassen (pas door het gebergte): de Gotthardpas (2100 m).

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bergpas

('berch) m. (-sen) pas door het gebergte.

2024-04-25
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bergpas

Bergpas - pas, gedeelte van een bergkam, lager dan het aangrenzende, en waarvan gebruikt ge maakt wordt door het verkeer. Ook de geringe, waterscheidende, hoogte tusschen twee rivieren in een zelfde dal noemt men wel een pas (dalpas); en bovendien gebruikt men den naam voor moeilijk te passeeren gedeelten van bergwegen, in dal engten of kloven.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bergpas

m. (-sen), plaatselijke laagte tussen bergen waardoor een weg tot overtrekken van het gebergte wordt geboden.