Sévignè (Marie de Rabutin-Chantal, marquise de), bekend door hare achtergelatene brieven, werd geboren te Parijs den 5den Februarij 1627, genoot eene zorgvuldige opvoeding en schitterde vervolgens aan het Hof van Lodewijk XIII niet zoozeer door hare schoonheid als door hare gaven des geestes. Haar huwelijk met den markies Henri de Sévigné, wien zij een zoon (Charles) en eene dochter (Françoise Marguerite) schonk, was niet gelukkig, zoodat zij zich van haren gemaal verwijderde, om zich uitsluitend aan de opvoeding van hare kinderen te wijden. Na het overlijden van haren gemaal wees zij de schitterendste huwelijksaanbiedingen vin de hand. Toen hare dochter in 1671 haren gemaal, den graaf de Grignan, gouverneur van Provence, derwaarts volgde, ontstond tusschen .Moeder en Dochter die 25-jarige briefwisseling, welke, schoon niet voor de openbaarheid bestemd, later zulk een groot opzien baarde in de letterkundige wereld.
Men geniet daarin den geur van een rein en vrouwelijk gemoed, van een fijn beschaafden geest en van eene uiterst prikkelbare verbeelding, terwijl de briefstijl allerkeurigst kan heeten. De brieven der dochter daarentegen zijn ernstig en koel, zoodat zij niet weinig afsteken bij die der moeder. Deze laatste overleed den 18den April 1695 op het kasteel Grignan in Provence. Eene goede uitgave harer brieven is die van Silvestre de Sacy (1860—1863, 11 dln), gevolgd door „Lettres inédites (1876, 2 dln)”, in het licht gezonden door Capmas.