Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 14-08-2018

Schaaf

betekenis & definitie

Schaaf (De) is een timmermanswerktuig, bestemd tot het gladmaken van hout. Zij is een beitel, in een houten blok gestoken en wel zoodanig, dat het scherpe van dien beitel slechts even uitsteekt uit de volkomen effene onderzijde van het blok. Schuift men nu dit werktuig bijv. over eene plank, dan neemt de beitel daarvan de ruwe bovenlaag weg, welke in de gedaante van krullen of schaafspaanders verwijderd wordt. Het schaven geschiedde tot nu toe meestal uit de hand, doch in de laatste jaren begint men meer en meer door stoom gedrevene schaafmachines te bezigen, die in korten tijd aan het hout eene gladde oppervlakte bezorgen.

< >